Annelies en Els over hun indrukwekkende vertaalproject 'Stalingrad'

Vertalershuis 02 december 2024

Dat het ene vertaalproject het andere niet is, ondervonden de Vlaamse Annelies de hertogh en Nederlandse Els de Roon Hertoge de afgelopen jaren aan den lijve. 'Stalingrad' van Vasili Grossman was niet alleen een lijvig en taalkundig uitdagend boek om te vertalen, de vele versies van de brontekst maakten de opdracht extra complex. En dan was er nog de onzekerheid of de vertaling wel zou kunnen verschijnen, toen de oorlog in Oekraïne uitbrak en er geen financiële steun uit Rusland meer mogelijk was. 

Op welke manier is deze vertaalopdracht bij jullie terechtgekomen?  

Els: “Uitgeverij Balans had mijn naam doorgekregen via het Nederlands Letterenfonds. Ze zochten een vertalersduo. Dat kwam goed uit, want Annelies en ik vertalen bijna alleen maar met zijn tweeën.”  

Annelies: “We waren erg blij met de vraag. Stalingrad, dat samen met zijn al vertaalde opvolger Leven en lot een tweeluik vormt, is een belangrijk boek. Grossman belicht er de Tweede Wereldoorlog en de slag om Stalingrad in met veel psychologisch inzicht én vanuit verschillende perspectieven: die van soldaten en generaals, intellectuelen en arbeiders, Duitse militairen, Hitler, Mussolini en zelfs van de natuur en de dieren in de omgeving. Ook stopte hij er als eerbetoon subtiele verwijzingen in naar personen die door de Sovjetautoriteiten gecanceld waren.” 

Annelies’ map met de basisbrontekst (de editie van 1956). Woordenschat schrijft ze nog altijd het liefst gewoon in pen bij de tekst.

Konden jullie meteen goed inschatten wat de omvang van de vertaalopdracht zou zijn? 

Els: “Nee, dat konden we niet vermoeden. Van Stalingrad bestaan er drie uitgaven, maar ook elf manuscripten. De uitgeverij verzocht ons om de Engelse vertaling van Robert en Elizabeth Chandler uit 2019 als leidraad te nemen. Die was gebaseerd op de uitgave uit 1956. Maar de Chandlers hadden uit de verschillende oorspronkelijke manuscripten ook een enorm aantal fragmenten toegevoegd die ooit waren gecensureerd. Daarbij hadden ze voornamelijk uit ‘de derde versie’ van het manuscript geput, die algemeen wordt beschouwd als de meest levendige. Het opzet van de Chandlers was om de versie te maken zoals Grossman die zelf voor ogen had. Daarnaast was er ook nog Froukje Slofstra’s vertaling van Leven en lot. Ook die moest een leidraad zijn, al was het maar om militaire termen gelijk te vertalen.”  

Annelies: “Al snel botsten we op een aantal problemen. De Chandlers vertalen heel vrij, wat typisch is voor de anglo-saxische vertaalcultuur. Zij sprongen veel losser om met de brontekst dan wij dat gewend zijn om te doen. Daarnaast hadden ze in noten wel aangegeven wanneer ze fragmenten uit de manuscripten hadden ingevoegd, maar dat was niet consequent gebeurd. Omdat de vertaling zo vrij was, wisten we vaak niet of een passage nu een vrije vertaling was of dat ze uit een van de manuscripten kwam. We moesten de manuscripten er dus voortdurend bij halen om te checken waar bepaalde zinsneden vandaan kwamen. Daarbij stuitten we dan soms op details – zoals de flaporen van Strums chauffeur – die de Chandlers zelf niet hadden overgenomen, maar die wij de lezer niet wilden onthouden en alsnog overnamen.”  

We vonden ook inconsequenties in de tekst. Er zijn zoveel censoren en redacteuren aan te pas gekomen dat er fouten in de logica en chronologie waren geslopen. Die hebben we proberen op te lossen door in de verschillende manuscripten naar missing links te zoeken.

Els

Wat hebben jullie geleerd over de Sovjetcensuur door al die versies te vergelijken? 

Annelies: “Een soldaat die zich bezondigt aan diefstal, daarvan kun je verwachten dat het gecensureerd werd, maar soms ging het ook om zaken die te frivool waren om met oorlog te worden geassocieerd. Ook veel grapjes waren te banaal voor het socialistische verhaal. In zijn nawoord heeft Robert Chandler opgesomd wat hij weer heeft teruggezet, zo maak je als lezer uitgebreid kennis met die censuur.” 

In het eerste deel was er een hoofdstuk waarin het erg moeilijk was om uit te maken wie nou precies wie was, omdat Grossman de personages niet bij naam noemde, maar bij hun rang of functie. Het was een hele puzzel om de juiste naam aan de juiste functie en rang te linken.

Hoe gingen jullie praktisch te werk met al die uitgaven en manuscripten? 

Els: “Ik probeerde aan de hand van de Engelse vertaling eerst elk hoofdstuk te reconstrueren in het Russisch. Ik zocht op waar de Engelse vertaling afweek van de gepubliceerde versie en vulde de gepubliceerde brontekst aan met de extra fragmenten. Pas daarna vertaalde ik het hoofdstuk, om toch in een soort van flow te kunnen werken.” 

Annelies: “Ik zocht de ontbrekende fragmenten op tijdens het vertalen. Erg gevaarlijk, want die manuscripten vond ik vaak zo interessant dat ik er echt in kon verdwalen. Nadat we een groter deel hadden vertaald, redigeerden we elkaars vertaling in verschillende rondes, eerst in Google Drive, en daarna ook nog eens op papier.” 

Els: “We hadden altijd veel documenten openstaan. Leven en lot in het Russisch en Nederlands, de basisbrontekst uit 1956 die we aanvulden, onze eigen vertaling en een of meerdere manuscriptpagina’s.” 

Annelies: “De manuscripten waren uitgetypt door Grossman, met hier en daar iets erbij gekrabbeld. De Chandlers hebben die met ons gedeeld, maar dat waren dus wel JPEG-bestanden die we manueel moesten doorzoeken.” 

Els: “En dan hadden we onze eigen documenten nog: een terminologielijst met terugkerende begrippen om te voorkomen dat we onze vertalingen achteraf moesten gelijktrekken. We hadden ook een vragenlijst met zaken waar we een hulplijn voor nodig hadden, en een checklist die we helemaal aan het eind op de vertaling loslieten.” 

Van links naar rechts: een spiekbriefje van Els met de verschillende legeronderdelen in volgorde van grootte, een manuscriptpagina en een schermafbeelding van de brontekst met alle bewerkingen naar aanleiding van de Engelse vertaling.

Was de opdracht ook om andere redenen complex? 

Els: “Ja. Ook qua taal was het een complexe roman, met veel militaire termen, filosofische discussies en socialistisch-realistische retoriek. Grossman was bovendien een wetenschapper en dat is te merken aan de vele passages over natuurkunde en metallurgie.”  

Annelies: “Gelukkig is mijn partner natuurkundige en zijn vader metallurg, hun kennis is goed van pas gekomen tijdens het vertalen van onder meer de passages in de elektriciteitscentrale en de staalfabriek. Voor de militaire termen hebben we enorm veel gehad aan Leon Kox, die én een achtergrond bij Defensie heeft én Russisch kent én Stalingrad al in het Russisch had gelezen.”  

Els: “Voor de hoofdstukken die zich in en rond de mijn afspelen, hebben we contact opgenomen met het Nederlands Mijnmuseum in Heerlen. Ik heb er zelfs een rondleiding gekregen.” 

Annelies vond het moeilijk om te onthouden welke rivieroever de linker- en welke de rechteroever van de Don en de Wolga is, en had daarom altijd dit briefje bij de hand.

Welke gevolgen had de complexiteit van de opdracht op financieel vlak? 

Waar we dachten er ongeveer een dik jaar werk aan te hebben, zijn er ruim vier jaren overheen gegaan. De pandemie en de lockdowns met kleine kinderen thuis hebben ons ook wel een paar maanden gekost, maar het was toch vooral de extra werklast die voor vertraging zorgde.

Annelies

Els: “Als je vertraging oploopt, raakt het geld voortijdig op. We moesten andere opdrachten aannemen om rond te komen. Dat zorgde voor nog meer vertraging. Om toch iets sneller te kunnen inleveren, hebben we de vertaling van Chandlers begeleidende teksten uitbesteed aan onze collega Titia Vuyk.” 

Als het financieel zo krap was, hopen jullie op een andere manier erkend te worden voor deze opdracht? 

Annelies: “Uit principe hebben we – zoals we dat altijd doen – gevraagd of onze namen op het omslag mochten, maar dat kon niet. We kregen wel de gelegenheid om aan het einde van het boek een verantwoording te schrijven. Daarin hebben we een aantal mensen bedankt, legden we uit hoe we te werk zijn gegaan en konden we ook sommige vertaalkeuzes expliciteren. Zo hebben we in de roman zelf de Russische transcriptie van Oekraïense plaatsnamen gehanteerd. Sinds de Russische inval in Oekraïne is dat niet meer gebruikelijk, maar omdat Stalingrad is geschreven in een tijd dat Oekraïne nog deel uitmaakte van de Sovjet-Unie, zou het anachronistisch overkomen als we de moderne schrijfwijzen hadden gevolgd.” 

Stalingrad is ons meest prestigieuze project tot nog toe. Ik vind het dus wel spannend hoe de reacties zullen klinken.

Els

Els: “Wat ik soms vrees is dat lezers van 'Leven en lot' teleurgesteld zullen zijn. Dat ligt niet aan ons, maar wij zijn wel de boodschappers. 'Stalingrad' is geschreven in een andere tijd. Tijdens de eerste publicatie leefde Stalin nog en moest Grossman zich aan allerlei restricties en verplichtingen houden. Je zult daarom meer socialistische retoriek tegenkomen. Het zou jammer zijn als de lezer daardoor op het boek zou afknappen, want de roman staat ook vol prachtige passages waarin Grossman op meesterlijke wijze de innerlijke leefwereld van zijn personages weergeeft. Als lezer kun je daardoor zelfs met sommige Duitse personages sympathiseren. We raden daarom iedereen aan het voor- en nawoord te lezen. Daarin wordt de woelige wordingsgeschiedenis van de roman uit de doeken gedaan, waardoor je begrip en waardering krijgt voor Grossmans keuzes in die tijd.” 

Annelies en Els op een cursus Oekraïens, die ze volgden omdat ze in de roman af en toe Oekraïens tegenkwamen.

Welke rol heeft literatuur Vlaanderen gespeeld in dit proces?  

Ik heb van hen een projectbeurs gekregen, net zoals Els een werkbeurs heeft gekregen van het Nederlands Letterenfonds. Zonder die beurzen was de vertaling er nooit gekomen, zoveel is duidelijk.

Annelies

Annelies: “Literatuur Vlaanderen heeft ons ook de kans gegeven om tijdens de literaire vertaaldagen van 2020 een workshop te geven over onze vertaling. Ook moreel zijn ze een enorme steun geweest. Toen Rusland Oekraïne binnenviel, hoorden we dat de subsidie van een Russische staatsinstelling wegviel voor de uitgeverij vanwege de financiële sancties tegen Rusland. Op een bepaald moment zag het ernaar uit dat het financiële plaatje niet rond zou komen. We waren bang dat, als het project zou worden afgeblazen, niet alleen twee jaar werk voor niets was geweest, maar dat we daarbovenop ons beursgeld zouden moeten terugbetalen, dat maar net toereikend was geweest voor die twee jaar. Dat was enorm stresserend."

"Literatuur Vlaanderen heeft ons toen goed ondersteund, ze leefden oprecht met ons mee en lieten me ook weten dat ik me, gezien de omstandigheden, geen zorgen hoefde te maken dat ik het geld moest teruggeven. Ook het Nederlands Letterenfonds zei ervan uit te gaan dat het niet zover zou komen dat Els alles moest terugbetalen. Dat was een geruststelling.” 

Wat nemen jullie hieruit mee voor volgende vertaalprojecten? 

Annelies: “We hebben er veel uit geleerd. Al tijdens het vertaalproces maakten we een evolutie door. We zijn bijvoorbeeld gaandeweg vrijer gaan vertalen. Om die reden hebben we op het laatste moment het eerste deel nog eens helemaal doorgelezen en aan aantal dingen aangepast. En we hebben natuurlijk een hele schat aan terminologie verworven. Die zal ooit nog wel van pas komen.” 

Els: “Ik weet niet goed hoe we zulke financiële verrassingen in de toekomst kunnen vermijden. Om goed in te kunnen schatten hoeveel werk een vertaalopdracht inhoudt, moet je er eigenlijk al een tijdje mee bezig zijn. Maar wanneer je een vraag voor een vertaling krijgt, zit je meestal nog volop in een andere vertaling. Dan heb je de tijd niet om je in een nieuwe klus te verdiepen en alvast eens een paar stukken te vertalen."

Sinds Stalingrad onderhandelen we voor projecten met een hoge uitdagingsgraad een hoger tarief en meer tijd. Want het blijkt altijd meer werk dan je denkt.

Els